Zaterdag 9 maart

Na een, helaas niet zo geweldige nacht, stap ik bijtijds mijn bed uit. Wat een vies weer buiten. Wat heb ik de afgelopen 2 weken, met het hardlopen, een mazzel gehad. Enige twijfel heb ik wel, zal ik wel of niet gaan lopen vandaag? Nadat ik de krant heb gekeken, staat Mart in zijn hardloopkleren voor me. Hij wil proberen om 10 km te lopen vandaag. Ineens bedenk ik me, dat als we een stuk samen lopen, voor mij de tijd sneller zal gaan. Hij wacht, terwijl ik mijn kleren aan schiet. Daar gaan we. Het valt tegen in het begin. Ik hoor mezelf hijgen, voel het slijm nog in mijn longen, wat ik maar met moeite eruit gehoest krijg. We zeggen niet zoveel, maar het scheelt toch dat er iemand meeloopt. Na een aantal kilometers neemt Mart een iets andere route. Voor hem was mijn tempo net iets te hard. Misschien voor mezelf ook, want het loopt niet zo 'lekker' als vorige week.

Tijdens mijn tweede rondje is de wind aangewakkerd, de regen gaat gestaag door en ik krijg het koud. De verleiding om een stukje af te snijden is groot. Ik ga door. Als ik een 'gelletje' neem, wandel ik een stukje. Wat voelt dat aangenaam! Opnieuw starten met hardlopen, joggen eigenlijk. Dit is nog niet zo makkelijk. Moet ik rekening mee houden als ik de marathon loop. Ik had mezelf beloofd dat ik vanaf 30 km stukjes mag wandelen. Met het gevoel van vandaag, moet ik oppassen dat ik dan niet de resterende 12 km blijf wandelen. Ik wil langs het paaltje en boompje van Tim. Mijn muziek is er mee opgehouden. In gedachten herhaal ik; ga langs Timmie, ga langs Timmie (gek, want we noemden hem nooit Timmie). Dit wordt een mantra en zo volbreng ik ook de laatste kilometers. Uiteindelijk heb ik ruim 21,5 km gelopen. Koud, nat en vermoeid kom ik thuis. Toch een goede oefening geweest want ik kan er niet vanuit gaan dat het 14 april perfect hardloop-weer is.

Als ik thuis ben weet ik dat ik moet eten en drinken. Het gekke is dat ik altijd (en dat is echt altijd) trek heb, alleen niet net na het hardlopen. Ik eet en drink toch, maar vind het zonde van alle calorieën die naar binnen gaan en die ik graag later op de dag zou willen nuttigen. Na een kwartier heb ik het ontzettend koud, zelfs zo koud dat ik allemaal dode vingers heb. Een warme douche biedt enigszins verlichting, maar ik blijf het koud hebben, dus trek nog een extra vest aan. Eenmaal opgewarmd ga ik een inhaal-race doen wat betreft de blog-berichten.

Op een gegeven moment lees ik de blog van een andere moeder wier zoontje in sept 2012 is overleden. Zij weet zo goed te verwoorden waar ze gevoelsmatig tegen aan loopt. Het verdriet zit in alles. Ze heeft het ook over de moeite die het kost om 'normaal' te functioneren (er is geen 'normaal' meer). Het kijken naar de toekomst wat soms zo moeilijk is, want je kind zal nooit ouder meer zal worden. Het je realiseren dat het jou echt is overkomen, dat het geen slechte film is, maar harde realiteit. Ook dat je hem nooit meer kunt aanraken (en wat kan 'nooit' dan een pijn doen). Een foto, een geur, een situatie, een beeld, plotseling onverwachts zijn stem horen, allemaal indrukken die zo confronterend kunnen zijn en ineens een immens scherpe pijn kunnen veroorzaken. Ik besef dat ik door het trainen voor de marathon en alles wat daarmee te maken heeft, mijn verdriet gedeeltelijk geparkeerd heb. Of dit goed of slecht is, ik weet het niet. Het is gewoon even niet anders.......

Geen opmerkingen: