Woensdag 13 februari

Ik heb moeite om mijn bed uit te komen, maar ik moet wel. Vanaf 8 uur kunnen de 'mannen van Molenaar' komen om mijn nieuwe wasmachine en droger te brengen. Keurig om 8 uur zit ik, fris en wel, deels al in mijn hardloopkleren, maar met gewone broek en trui, te ontbijten en de krant te lezen. Ze komen in ieder geval 's ochtends, waarbij de ochtend wel tot 1 uur doorloopt. Ik heb geluk, om half 10 rijdt er een vrachtwagen in onze straat. Ja hoor, de wascombinatie is gearriveerd. De mannen gaan aan de slag en ik verzorg de koffie en warme chocomel (het is koud buiten en ook in onze garage, waar ze aan het werk zijn). Ik drentel wat heen en weer. Op een gegeven moment wordt er gekeken of de 2 machines stabiel staan, ze staan nl op elkaar. Ze testen, veranderen wat en testen opnieuw. Ik zeg, ja hoor het is verbeterd. Ze kijken me aan met een blik; "waar heeft zij nou verstand van". De meest ervaren man test de stabiliteit ook en inderdaad, het is verbeterd. "U werkt toch niet toevallig in de techniek", dit had hij al eens eerder meegemaakt. Ik heb geen zin om uit te leggen dat stabiliteit in de 'mensenlijke techniek' ook een heel belangrijk onderdeel is. Ik houd het maar op een goed timmermansoog.

Kwart over 10 zijn ze weer weg en zou ik, in theorie, gelijk kunnen gaan hardlopen. Ik kom niet weg. Ik voel me vermoeid en vermoed dat de lezing van gisteravond me meer heeft aangegrepen dan ik in eerste instantie dacht. Tim is veel in mijn gedachten vandaag. Eindelijk om iets voor half 1 sta ik buiten. Dit moet ook wel want om half 3 ga ik weer met Rick naar Tilburg, naar rouwtherapeute Hellen.
Ik wil een rondje van bijna 11 km doen, met intervalstukjes. Het blijft zwaar maar, het gaat goed. In wezen heb ik hetzelfde stuk gelopen als zondag, alleen intensiever en sneller. Gelukkig ook zonder darmproblemen!

Als ik thuis ben zou ik het liefst naar bed willen. Maar vanavond ook nog een vergadering van de lymfe-werkgroep (werkgroep vanuit mijn specialisatie, de manuele lymfdrainage). Ik zie het niet zitten. Zeer tegen mijn natuur in, stuur ik een mailtje waarin ik me afmeld met de reden waarom. Daarna douchen. Ik ben nog maar net klaar of ik hoor Rick al thuiskomen. Hij komt naar de badkamer. Als ik daarna naar onze slaapkamer loop, hoor ik getinkel. Het duurt even voordat tot me door dringt dat dit getinkel van onze 'Rainbow-maker' komt. Deze hebben wij na het overlijden van Tim van mijn broer gekregen. Allemaal kleine regenboogjes verschijnen er op onze muren. Zo mooi van kleur en zoveel heb ik er nog nooit gezien! Ik roep Rick en ik probeer er een foto van te maken (de intens mooie kleuren zie je op de foto helaas niet terug). Ik zeg tegen Rick dat Tim hiermee ons een goede reis en een goed gesprek wenst. Mooi.

Eén van de regenbogen, vlakbij oud vaderdagcadeau van Tim
Als we bij Hellen zijn zit ik vandaag het grootste deel in de wachtkamer. Er ligt een klein boekje met Tips voor rouwende Kids. Ik lees het uit en denk erover om het zelf te bestellen. Niet alleen voor mezelf kan het handig zijn, maar ook voor de omgeving van de kinderen, zoals voor docenten etc. Na dit lezen kan ik m'n ogen bijna niet meer open houden. Ik doe ze dicht en merk dat ik af en toe zit te knikkebollen. Ik hoop dat ik veilig terug kan rijden.

Als we op de terugweg op de snelweg zitten, zie ik dat de benzinemeter dicht bij de 0 staat. Het lampje brandt nog niet. Geen zin om te tanken langs de snelweg. Op een gegeven moment staat hij op 0. Nog geen brandend lampje. Ineens bedenk ik me; het lampje zal toch niet kapot zijn?? Het eerste benzinestation zie ik vanaf de linkerbaan met een enorme rij vrachtwagens rechts van me. Ik kom er niet tussen en we rijden er voorbij. Met Rick spreken we allerlei scenario's door (ik heb een levendige fantasie, dus dit zijn er wel al wat). Het voordeel is dat ik nu goed wakker ben om verder te rijden. We duimen voor een rit zonder files.
Om benzine te sparen rijd ik zo zuinig mogelijk. Vlak voor de Drechttunnel gaat toch het lampje branden. Hij doet het dus. We rijden we ons dorp binnen en gaan gelijk door naar de benzinepomp. Er gaan behoorlijk wat liters in, volgens Mart had ik maar 1½ liter over in mijn tank......

Thuisgekomen gaan we eten. Daarna lees ik mijn mail en zie dat er een paar mensen van mijn werkgroep hele lieve en begripvolle mailtjes hebben gestuurd. Fijn! Een wat moeilijker gesprek met de kinderen volgt, daarna een stukje van een film, maar de slaap is nog steeds aanwezig. Ik besluit af te haken en bijtijds naar bed te gaan.

Geen opmerkingen: